Hoe kan Maria mij concreet helpen op mijn weg naar heiligheid? Wat is haar rol? Hierover spreekt Bob Wegkamp in deze podcast onder meer met moeder Immaculata. Zij is benedictines en slotzuster. Maria is onze moeder, vertelt zij. “Ze is altijd in de buurt. Ik heb dat zelf mogen ervaren. Niet één keer maar vaker. Dat betekent dan wel dat je datgene waarover je bezorgd bent ook echt aan haar geeft. Je moet het niet zelf ook nog vasthouden en kijken of Maria helpt.” Bob is onder de indruk van de diepte van haar woorden.
Hoe kan Maria je concreet helpen op je weg naar heiligheid? We kunnen altijd bij God terecht en tot Hem bidden. Waarom dan Maria iets vragen en niet direct God? Hierover spreekt Bob Wegkamp in deze podcast met zuster Immaculata en pastoor Tjepkema.
We kunnen altijd bij God terecht en tot Hem bidden. Waarom dan Maria iets vragen en niet direct God? En wat zijn momenten bij uitstek zijn om naar Maria te gaan? Zuster Immaculata vertelt over de kloostergemeenschap als een huisgezin, waar van alles en nog gebeurt.
“Als overste heb je de zorg voor je medezusters. Soms gebeuren er dingen waarvan je denkt: Wat moet ik hiermee? Hoe kan ik deze zuster helpen? En dan weet ik het niet. Op die momenten ga ik naar Maria, de eigenlijke moeder van het huis: dit kunt u niet aan mij delegeren, doe voor deze zuster wat ik niet kan, waartoe ik me niet in staat weet, ik weet geen oplossing maar ik vertrouw mijn medezuster aan u toe.” Elke ochtend en avond staat ze even stil voor een Mariabeeld: “Ik vertrouw de hele gemeenschap en iedere zuster in het bijzonder aan haar toe en dan voel ik me veilig.”
Ook spreekt Bob met pastoor Tjitze Tjepkema over Maria. Pastoor Tjepkema is priester, maar was eerst protestants predikant. Hij deed studie naar katholieke en protestantse theologie. Hij vertelt over Maria in de Bijbel. En ook over zijn eigen persoonlijke ervaring. “De mens is een complex wezen”, zegt hij. Als protestantse predikant fietste hij op een gegeven moment door de stad met een rozenkrans in zijn broekzak: “Ik weet niet waarom. Ik bad vaak spontaan of het bad in mij: wees gegroet Maria. Terwijl ik het mezelf intellectueel nog niet had gegeven, was mijn ziel al verder.”
