Op vrijdag 2 maart bracht paus Franciscus een bezoek aan een huis in Rome, waar vrouwen wonen die een straf uitzitten.
“Laat ons alsjeblieft geen nep- of commerciële Kerst beleven, maar ons omhullen met de nabijheid van God.” Dat zei paus Franciscus vrijdag 10 december bij de onthulling van de kerststal op het Sint-Pietersplein.
Hij moedigde de gelovigen aan om zich met Kerst te richten op Jezus’ liefdevolle nabijheid en niet op de consumptieve, commerciële aspecten ervan. “Laten wij onszelf gunnen te worden omhuld door de nabijheid van God, deze nabijheid vol compassie, tederheid. Omhuld door de kerstsfeer die kunst, muziek, gezang en tradities in ons hart wekken. Laat Kerstmis niet vervuild worden door consumentisme en onverschilligheid.”
De paus sprak tot delegaties uit Peru. Ter gelegenheid van het tweede eeuwfeest van de onafhankelijkheid van Peru is de traditionele kerststal op het Sint-Pietersplein dit jaar afkomstig uit het Andesland. Die zal te zien zijn tot 9 januari, het feest van de Doop van de Heer. Vanwege het slechte weer moest de opening worden verplaatst naar de audiëntiezaal Paulus VI.
De uit 35 levensgrote figuren bestaande kerstgroep is gemaakt door vijf kunstenaars uit het dorpje Chopcca in het departement Huancavelica in Peru. De figuren zijn gekleed in de lokale dracht en ook de dieren zijn inheems. Daaronder is ook een condor, de grootste gierensoort ter wereld met een spanwijdte van meer dan drie meter. De condor is het nationale symbool van Peru. Het kindje Jezus is ingebakerd in een deken met de weefpatronen die eigen zijn aan de streek.
Met betrekking tot de herkomst zei paus Franciscus dat die de “universele roeping tot verlossing” uitdrukt. “Jezus is op aarde gekomen in de concreetheid van een volk om iedere man en vrouw te redden, van alle culturen en nationaliteiten.”
“De manier om op Hem te lijken is nederigheid, dienstbaarheid.”
Daarom is Kerstmis ook een feest van hoop. “De reden daarvoor is dat God met ons is. Hij vertrouwt ons en wordt ons nooit moe en verblijft onder ons. Dat is wat de kerststal ons leert: met Kerst openbaart God zich niet als iemand die wil heersen, maar als Degene die zichzelf vernedert, klein en arm, een tochtgenoot, om te dienen. Dit betekent dat de manier om op Hem te lijken nederigheid is, dienstbaarheid.”
“Om het echt Kerst te laten zijn mogen wij dit niet vergeten: God komt om met ons te zijn en vraagt ons te zorgen voor onze broeders en zusters, vooral de armsten, de zwaksten, de meest kwetsbaren die door de pandemie nog meer risico van marginalisering lopen.”
De paus stond ook stil bij de betekenis van de kerstboom die naast de stal staat opgesteld. Het gaat dit jaar om een 28 meter hoge spar uit Andalo in de Dolomieten.
“De kerstboom symboliseert Christus als de levensboom, een boom waarvan de mens was afgesneden door de zonde. Maar met Kerstmis vieren wij dat het goddelijk leven zich met dat van de mensheid verbonden heeft. De kerstboom roept wedergeboorte op, de gave van God die voor altijd met de mens verenigd is, die ons zijn leven geeft.” De lampjes in de boom herinneren christenen aan Jezus “het Licht van liefde dat blijft schijnen in de nachten van de wereld”, aldus de paus. “Mogen Onze Lieve Vrouw en Sint-Jozef ons helpen zo Kerstmis te vieren.”